Op zaterdag 18 maart uur zal Dirk Groot, (De Zwerfinator) het zwerfafval dat hij verzamelde in een honderd dagen durend onderzoek tentoonstellen op de Kaasmarkt in Purmerend. Dit doet hij om aandacht te vragen voor zwerfafval en de gevolgen ervan, maar vooral ook voor datgene wat we ertegen kunnen doen.

Wie lust er afvaltaart?

Om zwerfafval op straat te zien liggen hoef je alleen maar even naar buiten te gaan, het ligt namelijk overal. Wat de meest voorkomende soorten zwerfafval zijn, dat kan iedereen die goed om zich heen kijkt ook wel aardig inschatten. Toch vindt Dirk het nodig om het zwerfafval tentoon te stellen om bewustwording hieromtrent te vergroten.

Het zwerfafval zal tentoon worden gesteld in de vorm van een taartdiagram zodat de verhoudingen van de verschillende soorten zwerfafval goed in beeld komen. Een taart van zwerfafval dus. Maar wie lust er afvaltaart? Niemand. Toch is het vreemd dat nog lang niet iedereen zich realiseert dat zwerfafval, en met name het deel dat van plastic is, in ons eten terecht komt.

Gedetailleerd onderzoek
Het zwerfafval (26837 stuks, 286 kilo) is de buit van een gedetailleerd onderzoek dat Groot eind 2016 gedurende 100 dagen uitvoerde. Met de data die hij op deze manier verzamelde wil hij samen met overheden en bedrijven zoeken naar betere en gerichtere maatregelen in de strijd tegen zwerfafval. De eerste rapportage van het onderzoek kreeg aandacht van diverse landelijke media en is hier te lezen: http://zwerfinator.nl/rapportage-onderzoek-zwerfafval/ .

De tentoonstelling van het zwerfafval wordt uitgevoerd in samenwerking met gemeente Purmerend die ook opslagruimte beschikbaar stelde voor het project. De verzamelde data wordt door de gemeente bestudeerd om te zien welk meerwaarde dit kan hebben voor de gemeente zelf.

Laatste stap

Als laatste stap in het project, die hij de 1-100-200 #zwerfie-challenge noemde, wordt het verzamelde zwerfafval tentoongesteld om aan te geven wat de onderlinge verhoudingen van de verschillende soorten zwerfafval zijn in volume. “Bij standaard metingen wordt alleen geteld hoeveel zwerfafval er ligt. Dan telt een lipje van een blikje net zo zwaar als een blikje waar het lipje nog aan zit. Daarom heb ik bij mijn onderzoek het zwerfafval ook gewogen, dan komen er opeens heel andere verhoudingen naar voren. Door dit nu uit te stallen wil ik laten zien wat de visuele verhoudingen zijn. Maar bovenal wil ik laten zien wat het betekent als 1 op de 4 mensen in Purmerend één stukje zwerfafval opraapt. Als we dat doen is het probleem van zwerfafval zelfs binnen een week opgelost.”